zondag 9 augustus 2009

Jantje... en bloedworst

Door een toeval kreeg ik 2 gedichtjes te pakken uit mijn jeugd. Hier komen ze!

Bloedworst en kaas (J.H. (Koos) Speenhoff)

Er was 's 'n bloedworst van Duitsch makelij;
Een wonder van hoogere worststopperij.
Zoo rond en zoo krachtig,
Zoo frisch en zoo prachtig,
Die trotsch op zichzelf in de winkelkast lei.

Ook lag er een kaasje van Fransche komaf
Met korsten en hoeken en brokken er af,
Vol vlezige kleuren
Vol putten en scheuren
En dat 'n verschrikkelijke lucht van zich gaf.

,,Jij stinkende kaas" had de bloedworst verzucht
,,Ik heb me al ziek van benauwdheid gekucht.
Hou op met dat snuffen
Ik lig hier te puffen
Zeg schaam jij je niet voor je ak'lige lucht ?"

,,Welnee" zei het kaasje ,,ik schaam me geen zier
Wanneer ik geen lucht gaf dan lag ik niet hier
Zoo ben ik gebooren
Ik riek naar behooren
Dat puffen en muffen is juist m'n plezier."

Toen kwam er 'n magere heer uit Den Haag
Die z' allebei kocht voor z'n maal van vandaag.
De worst lag te brommen
Zoo ver moest 't kommen
Nu ga ik met hem de de zelfde maag.

De heer ging naar huis en dineerde gezond,
Daarna stak ie smullend de kaas in z'n mond.
De lucht vond ie kittig
De smaak vond ie pittig
De bloedworst die was voor de maag van zijn hond.

Jantje zag eens pruimen hangen

Jantje zag eens pruimen hangen
o, als eieren zoo groot
't scheen dat Jantje wou gaan plukken
schoon zijn vader 't hem verbood
hier is, zei hij, noch mijn vader
noch de tuinman die het ziet
aan een boom, zoo vol geladen
mist men vijf, zes pruimen niet
maar ik wil gehoorzaam wezen
en niet plukken, ik loop heen
zou ik om een handvol pruimen
ongehoorzaam wezen?
Neen!voort ging Jantje naar zijn vader
die hem stil beluisterd had
kwam hem in 't loopen tegen
vooraan op het middenpad
kom mijn jantje, zei de vader
kom mijn kleine hartedief
nu zal ik pruimen plukken
nu heeft vader Jantje lief
daarop ging vader aan het schudden
jantje raapte schielijks op
jantje kreeg zijn hoed vol pruimen
en liep heen op een galop